Ik weet nu: dat ben ik!

Maria werd vanaf haar geboorte totdat ze ruim twee jaar oud was, misbruikt en verwaarloosd door haar biologische ouders en haar oma en opa van vaders kant. Haar vijf jaar oudere zusje onderging hetzelfde lot. Maria is nu 20 en vertelt over haar verleden, de band met haar zusje en pleegmoeder, de rol van Kenter en over hoe het nu met haar gaat.

Ze verwondde ons om ons veilig te houden

“Ik ben misbruikt en mishandeld toen ik heel klein was. Mijn biologische moeder was bang voor haar man en haar schoonouders. Ze had het niet makkelijk tijdens haar huwelijk en ze werd psychisch ziek. Daardoor heeft kunnen gebeuren wat is gebeurd. Mijn biologische moeder probeerde mijn zusje en mij te beschermen door ons te verwonden. Zo kwamen we in het ziekenhuis terecht en waren in elk geval voor even veilig. Ze zag geen andere uitweg. Met dezelfde reden heeft ze – toen ik ruim twee jaar was – ons huis in brand gestoken. Daar werd ze voor opgepakt. Mijn zusje en ik werden naar een neef van mijn biologische vader en zijn gezin gebracht. Hoewel het veiliger was dan bij onze biologische ouders, werden we ook hier niet goed verzorgd.”

Post Traumatische Stress Stoornis en hechtingsstoornis

“Na een tijdje werden we in het gezin van Tim en Petra geplaatst. Vanaf het begin noemden we ze papa en mama. Ze wisten niets van de verwaarlozing en het misbruik en wij vertelden niets. Maar op een zeker moment praatte ik mijn mond voorbij. Daardoor kwam ik onder behandeling bij het Kinder en Jeugdtraumacentrum (KJTC) van Kenter. Ik bleek een Post Traumatische Stress Stoornis en een hechtingsstoornis te hebben. De wekelijkse behandeling duurde tot mijn negende en toen kon in verder zonder hulp van het KJTC. In de eerste klas middelbare school begon het weer mis te gaan en ging ik opnieuw in behandeling.”

Opnieuw een vader kwijt…

“Inmiddels ging het met het huwelijk van mijn pleegouders niet goed. De klap was groot toen ze vertelden dat ze gingen scheiden. Met mijn pleegmoeder had ik vanaf het begin een hele goede, warme band en zij voelde en voelt als mijn moeder. Bij mijn pleegvader kon ik niet veel goed doen, maar een scheiding betekende wel dat ik voor de derde keer een vader kwijtraakte. Vanaf dat moment werd alles moeilijker en heb ik ook een tijdje in mezelf gesneden met een mes.”

Opschrijven

“Op een gegeven moment heb ik op aanraden van mijn psycholoog van het KJTC brieven geschreven aan mijn biologische ouders en mijn opa. Mijn oma was inmiddels overleden. Die brieven stonden vol met gescheld en verwijten en het schrijven ervan luchtte enorm op. Eindelijk kon ik zeggen wat ik altijd al had willen zeggen. Van mijn opa hoorde ik niets. Mijn biologische vader heeft me teruggeschreven dat er van mijn verhalen niets waar is en dat alles is verzonnen. De brief aan mijn biologische moeder was ook een boze brief, maar met een zachte kant. Ik houd ondanks alles toch nog van haar. Ik heb ook een hele lieve brief aan mijn zusje geschreven. Het lukte ons allebei niet meer om contact met elkaar te houden. We herinnerden elkaar teveel aan een periode die we allebei willen vergeten. Ze schreef terug. We zien elkaar nog steeds niet, maar we weten dat we van elkaar houden en dat is voor nu genoeg.”

Brieven verbrand

“Kopieën van de brieven die ik verstuurde heb ik als een soort ritueel samen met mijn psycholoog verbrand. Dat was goed. Ik besef wel dat ik die nare dingen voor de rest van mijn leven met me meedraag, maar door die brieven te verbranden heb ik toch iets kunnen afsluiten. Het is alsof de herinneringen dieper in mijn hoofd een plek hebben gekregen waardoor ik er minder aan moet denken.”

Aangifte

“Inmiddels woon ik zelfstandig in een appartement in hartje Amstelveen en heb ik een baan in de zorg. Het was behoorlijk wennen, maar het gaat goed. Twee weken geleden had ik een belafspraak met mijn psycholoog en voor het eerst in drie-en-een-half-jaar had ik niks te bespreken. Het ging gewoon goed. Kort geleden heb ik een aangifte opgestart tegen mijn biologische vader en mijn opa. Ik weet niet of de politie nog iets met mijn verhaal kan. Maar zo niet, dan heb ik het in ieder geval geprobeerd.”

Dit ben ik!

“Ik heb mijn naam willen laten veranderen. Ik ben vernoemd naar de oma die me heeft misbruikt en draag de achternaam van biologische ouders die dat ook hebben gedaan. Maar mijn naam past bij me en vertelt wie ik ben. Als ik naar mezelf en mijn leven nu kijk, dan denk ik: ‘dat heb ik ondanks alles dat is gebeurd toch maar mooi geflikt!’ En ik weet nu: dat unieke en bijzondere mens: dat ben ik!”

Om de privacy van jongeren en ouders te waarborgen zijn namen gefingeerd en/of details veranderd. In alle gevallen hebben jongeren en/of ouders toestemming gegeven voor publicatie van het verhaal.